INTENTIONEEL TAALBESCHOUWINGSONDERWIJS
DIT PLATFORM IS MEDE MOGELIJK GEMAAKT DOOR ONDERSTEUNING VAN CONTACT MET TAALME.NU DOORZOEK TAALME.NU ZOEKEN info@taalme.nu colofon
Het begrip wordt geduid door het presenteren van de definitie uit de kennisbasis (uitleggen), door het aanreiken van ondersteunende theorie (uitbreiden), door het bieden van visualisatie in de vorm van film- of illustratiemateriaal (uitbeelden) en door het geven van praktijkvoorbeelden waaruit de toepassing van het begrip blijkt (uitproberen).
Het begrip
UITLEGGEN WAT?
UITBREIDEN WAT IN DE THEORIE?
UITBEELDEN WAT OP BEELD?
UITPROBEREN WAT IN DE PRAKTIJK?
GERELATEERDE BEGRIPPEN
Omschrijving De startbekwame leerkracht creëert taalonderwijs waar doelgericht onderwijs in reflectie op taalgebruik, taalvariatie of taalstructuur wordt aangeboden en kan dit uitvoeren. Toelichting Intentioneel taalbeschouwingsonderwijs kent vele onderwerpen, hulpmiddelen en werkwijzen. Hulpmiddelen Voor het zinsontleden en woordbenoemen wordt vaak gebruik gemaakt van vragenlijstjes of stappenplannen om de zinsdelen te vinden, zoals bijvoorbeeld: Wie of wat doet het? Sommige methoden hanteren speciale markeringen voor de verschillende zinsdelen: leerlingen onderstrepen het onderwerp, zetten een golflijntje onder de persoonsvorm, enzovoort. Voor reflectie op taalgebruik of taalvariatie kan gebruik worden gemaakt van gesproken taal in een rollenspel zoals: een boodschap doen bij de bakker, of een vergadering voorzitten of een interview met een Idolswinnaar afnemen). Ook geluidsfragmenten lezen zich hiervoor denk aan opnamen van dialectsprekers aan het woord. Werkwijzen Het directe-instructiemodel wordt vaak gebruikt voor grammaticaonderwijs. Bij zinsontleden en woordbenoemen ligt het voor de hand om via regels te werken, terwijl ontdekkingen over woordopbouw worden gestimuleerd door woorden met elkaar te vergelijken (analogiemethode). De mogelijkheden voor instructie zijn sterk afhankelijk van het doel van taalbeschouwing. Als het gaat om het expliciteren en hanteren van strategieën voor mondeling en schriftelijk taalonderwijs, liggen strategiegerichte aanwijzingen voor de hand. Regels en bijvoorbeeld hulpstrategieën combineren is eveneens mogelijk. In groep 6 wordt bijvoorbeeld het voorzetsel in sommige methoden aangeleerd als een ‘kast’-woord: een woord dat je voor ‘de kast’ kunt zetten, is een voorzetsel. Daarmee zijn de voorzetsels die plaats aangeven geïntroduceerd met een hulpstrategie.
Binnenkort vind je hier artikelen en verwijzingen naar (hand)boeken en internetsites die je kunt gebruiken om het begrip nader te duiden.
Binnenkort vind je hier filmpjes of illustraties die je kunt gebruiken om het begrip te visualiseren.
Binnenkort vind je hier voorbeelden uit de onderwijspraktijk (lesvoorbeelden, checklists, kijkwijzers) om te zien hoe het begrip toepassing kent.
Binnenkort vind je hier de begrippen uit de kennisbasis die aan dit begrip zijn gerelateerd.