FUNCTIONELE
GELETTERDHEID
Het begrip wordt geduid door het presenteren van de definitie uit de kennisbasis (uitleggen), door het aanreiken van ondersteunende
theorie (uitbreiden), door het bieden van visualisatie in de vorm van film- of illustratiemateriaal (uitbeelden) en door het geven van
praktijkvoorbeelden waaruit de toepassing van het begrip blijkt (uitproberen).
Het begrip
UITLEGGEN
WAT?
UITBREIDEN
WAT IN DE THEORIE?
UITBEELDEN
WAT OP BEELD?
UITPROBEREN
WAT IN DE PRAKTIJK?
GERELATEERDE BEGRIPPEN
Omschrijving
De startbekwame leerkracht creëert authentieke situaties die de leerling stimuleren lezen en schrijven toe te passen in een
maatschappelijke context.
Toelichting
In het algemeen omschrijven we het begrip ‘geletterdheid’ als het vermogen om te lezen en te schrijven. We spreken van
‘functionele geletterdheid’ om te benadrukken dat het om kennis en vaardigheden gaat die noodzakelijk zijn om te
functioneren in de maatschappelijke context: een geletterde samenleving die hoge eisen stelt aan schriftelijke communicatie
en schriftelijke informatieverwerking.
Binnen het basisonderwijs wordt met het behalen van niveau 1F van het referentiekader gezorgd dat leerlingen die
functionele geletterdheid bereiken. Dat wil zeggen dat ze geschreven taal kunnen hanteren in alle voorkomende
maatschappelijke situaties. Ze moeten in staat zijn verkeersborden juist te interpreteren, een spoorboekje te gebruiken,
ondertiteling op de televisie te
begrijpen, een handleiding te lezen, enzovoort. Aarnoutse & Verhoeven (2003)
onderscheiden in functionele (= gevorderde) geletterdheid de volgende componenten:
-
betrokkenheid: lees- en schrijfmotivatie;
-
(de)codeervaardigheid: technisch lezen en spellen;
-
tekstvaardigheid: begrijpend lezen en schrijven;
-
strategische vaardigheid: informatieverwerving en kennisverwerving;
-
leeswoordenschat;
-
reflectie: functies en structuur van geschreven taal.
Om te bepalen of in het basisonderwijs een voldoende niveau van functionele geletterdheid is bereikt, wordt vaak de
decodeervaardigheid (technisch lezen) als indicator gebruikt. Ongeveer 10% van de leerlingen heeft bij het verlaten van de
basisschool een leesachterstand. Zij lopen het risico functioneel analfabeet te worden.
Binnenkort vind je hier artikelen en verwijzingen naar (hand)boeken en internetsites die je kunt gebruiken om het
begrip nader te duiden.
Binnenkort vind je hier filmpjes of illustraties die je kunt gebruiken om het begrip te visualiseren.
Binnenkort vind je hier voorbeelden uit de onderwijspraktijk (lesvoorbeelden, checklists, kijkwijzers) om te zien hoe het
begrip toepassing kent.
Binnenkort vind je hier de begrippen uit de kennisbasis die aan dit begrip zijn gerelateerd.