FUNCTIES VAN GESCHREVEN
TAAL
Het begrip wordt geduid door het presenteren van de definitie uit de kennisbasis (uitleggen), door het aanreiken van ondersteunende
theorie (uitbreiden), door het bieden van visualisatie in de vorm van film- of illustratiemateriaal (uitbeelden) en door het geven van
praktijkvoorbeelden waaruit de toepassing van het begrip blijkt (uitproberen).
Het begrip
UITLEGGEN
WAT?
UITBREIDEN
WAT IN DE THEORIE?
UITBEELDEN
WAT OP BEELD?
UITPROBEREN
WAT IN DE PRAKTIJK?
GERELATEERDE BEGRIPPEN
Omschrijving
De startbekwame leerkracht creëert authentieke situaties waarbij de leerling ontdekt dat je met geschreven taal kunt
communiceren en dat er een relatie is tussen geschreven en gesproken taal.
Toelichting
In onze geletterde samenleving komen leerlingen voortdurend in aanraking met geschreven taal. Op straat zien ze
opschriften, uithangborden, straatnaambordjes, wegwijzers en graffiti. Ze ervaren dat geschreven taal een functie heeft,
bijvoorbeeld om te communiceren met mensen die zich elders bevinden. Mensen schrijven brieven en kaarten om elkaar iets
te vertellen en leerlingen ervaren de functie van geschreven taal zelf als ze voor hun verjaardag een verlanglijstje mogen
maken.
Doelen hierbij zijn:
- Leerlingen weten dat geschreven taalproducten zoals, briefjes, brieven, boeken en tijdschriften een communicatief doel
hebben.
-
Leerlingen weten dat symbolen zoals logo’s en pictogrammen verwijzen naar taalhandelingen.
Vóór de start van het formele lees- en schrijfonderwijs ontdekken leerlingen de relatie tussen de taal die je ziet en de taal die
je hoort (lezen). Ze ontdekken ook dat de taal die je spreekt zichtbaar gemaakt kan worden (schrijven). Aan deze ontdekking
van de relatie tussen gesproken en geschreven taal dragen leraren bij door hun eigen omgang met geschreven taal aan
kinderen te laten zien.
Bijvoorbeeld door het voorlezen van (prenten)boeken en opschriften, door het oplezen van een namenlijst, enzovoort.
Doelen hierbij zijn:
- Leerlingen weten dat gesproken woorden kunnen worden vastgelegd, op papier en met (audio)visuele middelen.
- Leerlingen weten dat geschreven woorden kunnen worden uitgesproken (Verhoeven & Aarnoutse 1999).
Binnenkort vind je hier artikelen en verwijzingen naar (hand)boeken en internetsites die je kunt gebruiken om het
begrip nader te duiden.
Binnenkort vind je hier filmpjes of illustraties die je kunt gebruiken om het begrip te visualiseren.
Binnenkort vind je hier voorbeelden uit de onderwijspraktijk (lesvoorbeelden, checklists, kijkwijzers) om te zien hoe het
begrip toepassing kent.
Binnenkort vind je hier de begrippen uit de kennisbasis die aan dit begrip zijn gerelateerd.